Ga naar de inhoud

Les 13.1 Uitverkiezing

Algemene aanwijzingen bij Tekstboek 4

  • Laat jongeren zo nodig kennismaken met elkaar en met het materiaal. Geef hen nadrukkelijk een rol in de avond. Omdat handleiding en bijbelstudie en extra opdrachten online staan, kun je hen ook een (stuk van de) avond laten voorbereiden, naar keuze alleen of in tweetallen.
  • Verken het boek eerst zelf via de inhoudsopgave en door het boek door te bladeren, doe dat later ook met de groep, zodat bekend is wat er komt. Voorkom dat je onderwerpen uit een volgende les ongemerkt al bespreekt bij een eerdere les.
  • Achterin Tekstboek 4 vind je informatie over de opzet van een avond.
  • Formuleer voor jezelf doelen voor de avond voor zowel de lesinhoud als de groepssfeer en de werkwijze. Voor de lesinhoud vind je suggesties in de handleiding bij elke les, voor de sfeer formuleer je zelf, bijvoorbeeld: elkaar uit laten praten, niet uitlachen, iedereen aan de beurt enz. Voor de werkwijze bijvoorbeeld: je houden aan het takenrooster, thuis voorbereiden.
  • Opdrachten vind je in het boek en op de site. Kies wat je gebruiken wilt of laat jongeren daarin meedenken.
  • Bepaalde soorten opdrachten komen steeds terug. De opdracht ‘in de stilte’ is meer gericht op persoonlijk geloofsleven. Deze zijn ook geschikt om zelf thuis te doen.
  • Gebruik elke les de bijbelstudie en laat bijbelverwijzingen opzoeken of aanklikken. Zo help je jongeren te ontdekken dat de leer van het geloof voortkomt uit en terug te vinden is in de bijbel. Tip: Laat jongeren een kopie van de inhoudsopgave van hun bijbel maken en gebruik die als bladwijzer = sneller opzoeken. Of: gebruik een online bijbel.
  • Bedenk voor elke les wat de lesinhoud in praktijk betekent voor de jongeren van de groep. Zorg dat je dat bespreekt. Maak zo nodig ook concrete afspraken.
  • Wees een voorbeeld in geloven en spreek vrijmoedig over je eigen geloof.
  • Zorg voor verbinding met de gemeente met opdrachten die dat stimuleren. Het is voor jongeren belangrijk dat er persoonlijke contacten zijn en dat ze geloofsvoorbeelden zien.
  • Bid om wijsheid, doe voorbede voor de jongeren uit je groep en dank voor wat God je geeft.

BIJBELSTUDIE: Romeinen 9: 10-24 (in delen)

Je leest uitleg van Paulus over de geschiedenis van Gods volk. Als je dat leest, leer je veel over het plan van God: Hij kiest mensen uit die Hij wil redden!

Lees eerst Rom. 9: 10-12
10-12Later werd Rebekka zwanger van onze voorvader Isaak. God vertelde haar dat ze een tweeling zou krijgen. En hij zei: ‘Ik maak de jongste belangrijk, maar de oudste niet.’ Zo liet God zien hoe hij werkt: hij bepaalt wie hij uitkiest. De kinderen waren nog niet eens geboren. Ze hadden nog geen goed of kwaad gedaan. Het gaat dus om de keuze van God, niet om het gedrag van mensen. 13En dit staat in de ​heilige​ boeken: “God hield van ​Jakob, maar hij hield niet van ​Esau.”

  • Op welk moment maakt God duidelijk wie Hij kiest?
  • Had iemand invloed op die keuze? Waarom koos God zo?

Lees verder:
14Maar is dat niet oneerlijk van God? Nee, natuurlijk niet! 15God heeft tegen ​Mozes​ gezegd: “Ik zal goed zijn voor wie ik goed wil zijn. Ik geef ​liefde​ aan wie ik ​liefde​ wil geven.” 16God bepaalt zelf wat hij doet. En dat hangt niet af van wat een mens wil of hoe goed een mens zijn best doet. Maar alles hangt af van Gods goedheid en ​liefde.
17-18In de heilige boeken zegt God tegen de farao van Egypte: “Ik heb jou koning gemaakt, en ik zorg ervoor dat je tegen mij in opstand komt, en dat je gestraft wordt. Zo laat ik zien dat ik alle macht heb. Zo laat ik aan iedereen op aarde zien wie ik ben.” Het is dus God die bepaalt of iemand tegen hem in opstand komt. En het is God die beslist voor wie hij goed is.

  • Is het oneerlijk dat God een wel uitkiest en de ander niet?
  • Wat laat het voorbeeld van farao zien? Hoe zag je dat in de geschiedenis van de 10 plagen?

Paulus stelt nog een vervolgvraag:
19Je zou kunnen vragen: ‘Waarom wordt God dan boos als mensen verkeerde dingen doen? Hij beslist toch zelf of iemand hem wel of niet gehoorzaamt
20Dan zeg ik: Luister, jij bent een mens. Hoe durf je dan zo over God te spreken? Heb je ooit een ​pot​ horen vragen aan de ​pottenbakker: ‘Had je mij niet anders kunnen maken?’ 21De ​pottenbakker​ beslist wat hij doet met zijn klei. Van hetzelfde stuk klei kan hij een prachtige vaas maken, maar ook een heel gewone ​pot. Net zo beslist God zelf wat hij doet.

  • Wat keer je van de pottenbakker en de klei?

Lees tenslotte Rom. 9: 22 – 24. Daarin lees je hoe het eigenlijk zit tussen God en mensen.
22God had de mensen kunnen straffen, want door hun slechtheid verdienden zij de zwaarste straf. God was boos op hen, en hij wilde zijn macht laten zien. Toch bleef hij geduld hebben met de mensen, en hij liet ze in leven. 23Want hij had een deel van de mensen bestemd voor het eeuwige leven. God wilde hun laten zien hoe goed hij voor hen is. En hij wilde hun laten zien hoe geweldig het eeuwige leven is.
24Dat gaat over ons. Wij horen bij de mensen die God uitgekozen heeft. En dat zijn dus niet alleen ​Joden, maar ook mensen van andere volken.

  • Lees vers 22 en 23 nog een keer en vul dan telkens ‘ik’ en ‘mij’ in.
  • Als je het voorgaande gedaan hebt, kun je dan danken voor het kiezen van God? Leg uit en: doe het!

1: Genesis 4: 3 – 8  BGT

De eerste moord op aarde. Maar wat ging er aan vooraf? Waardoor is Kaïn jaloers? Wat deed God?

2: 1 Samuel 16: 7-13  BGT

God kiest. En waar let hij dan op? Hoe zou Hij naar jou kijken? Zoek jij Hem ook?

3: Lucas 6: 12, 13  BGT

Er is een grote groep mensen die Jezus volgt. Toch kiest Hij er twaalf uit voor een speciale taak.

4: Romeinen 9: 10 – 13  BGT

God kiest: wel Jakob, maar niet Ezau. Welke reden wordt hier genoemd?

5: 1 Petrus 2: 9, 10  BGT

Hoe word jij hier genoemd? Voor welke taken ben je uitgekozen?

Bij de les

Bedenk een eigentijdse uitleg voor het woord ‘uitverkiezing’. Gebruik de uitleg uit de les en Efeziërs. 1: 4-6.In je uitleg staat in ieder geval de woordgroep ‘plan van God’.
4Al voordat de wereld gemaakt werd, koos God ons uit om bij ​Christus​ te horen. Daardoor kunnen wij als ​heilige​ en volmaakte mensen voor Gods troon staan. God houdt van ons. 5Daarom heeft hij ons uitgekozen om zijn ​kinderen​ te zijn. Hij heeft ​Jezus​ ​Christus​ naar de wereld gestuurd om ons bij hem te brengen. Dat is wat God wilde.

Lesplaat

Bekijk de plaat. Hoe wil de tekenaar hier de lesstof uitleggen? Wat hebben de streepjescode of de achtergrond ermee te maken? Zou jouw hoofd erbij kunnen/mogen staan?

Opstart info

In deze les begin je met de heilsorde, een ‘ouderwets’ kerktaalwoord. Het is het stappenplan van het geloof. Lees daarover meer in ‘Het grote stappenplan van God in je leven’.

Handig voorbeeld

Je gaat eerst samen puzzelen met deze opdracht: Leg uit wat uitverkiezing inhoudt met een poort en twee bordjes. Op het ene staat ‘Volg Mij’ en op het andere ‘Je bent uitverkoren’. Hoe kun je dat doen? Kom je er niet uit of wil je weten hoe het zit? Klik dan op ‘Les 13.1 De uitverkiezing en de poort’.

Creatief – Project

Bij deze les is een picto gemaakt van het woord uitverkiezing, zie pag. 11. Maak zelf een alternatieve picto of geef het woord ‘uitverkiezing’ weer in graffiti-stijl. Jullie behandelen de komende lessen 9 van zulke geloofswoorden. Maak telkens een afbeelding en hang die op in de hal van de kerk. Zet er een korte uitleg onder.

Bij de tekst ‘dichtbij’

Lees het verhaal op pag. 11. Snap je dat Carola niet wil dat Ilse en Jack meemogen naar het stadion? Waarom mogen Carola, Rens en Levi mee? En waarom die anderen? Trek een vergelijking met de uitnodiging die God ‘verstuurt’. Voor wie is die? Wat moet je doen om hem te krijgen? En om op het feest te komen?

Stellingen

Kies welke je gaat bespreken:

  • De uitverkiezing is niet echt belangrijk voor je geloof.
  • Zonder uitverkiezing geen geloof.
  • Over uitverkiezing moet je niet nadenken, dat moet je gewoon geloven.
  • Ik weet zeker dat ik door God uitgekozen ben.
  • Het gaat er niet om of anderen uitgekozen zijn, maar of jij uitgekozen bent.
  • Als je eenmaal uitgekozen bent, maakt het verder niet veel meer uit.
  • De uitverkiezing is geen discussieonderwerp, maar een gebedsonderwerp.

Kerktaalwoorden

‘Uitverkiezing’ is een kerktaalwoord en daarvan zijn er meer. Je gaat niet alleen meer begrippen bespreken de komende les, je kent er zelf vast ook wel wat en anders hoor je ze wellicht in de kerk. Start een kerktaalwoordenboek. Gebruik daarvoor een telefoonopschrijfboekje met alfabet langs de randen. Schrijf de woorden daarin en bedenk samen de betekenis. Zet die erbij. Je kunt ieder een eigen kerktaalwoordenboekje maken of als groep er samen een doen.
Tip: Laat de voorganger weten dat jullie dit doen en mail hem de kerktaalwoorden van de week (met betekenis). Hij kan er vast iets mee in de dienst.

Algemene opmerkingen bij Tekstboek 3 vind je bij het tabblad algemeen.

Over het lesonderwerp:

In les 13.1 start een serie over de heilsorde, Gods stappenplan voor geloven. Je bespreekt kerktaalwoorden, zodat jongeren die gaan begrijpen. Leg telkens de link naar hun eigen geloof en/of vragen/leven. Het gaat niet om kale kennis, maar om bouwstenen voor hun geloof.
Achtergronden vind je in ‘De heilsorde, stappenplan van geloof‘.

Bij de bijbelstudie

Een wat langere bijbelstudie. Laat om beurten een gedeelte voorlezen en de bijbehorende vragen beantwoorden. Na de bijbelstudie zal het begrip ‘uitverkiezing’ duidelijker zijn.

Lesdoel

  • weten wat het begrip uitverkiezing betekent
  • met de geschiedenis van Esau en Jakob kunnen vertellen over de uitverkiezing
  • bij vragen rond de uitverkiezing iets kunnen vertellen over Gods planen Gods wijsheid
  • kunnen uitleggen waarom je blij kunt zijn met de uitverkiezing
  • weten dat de uitverkiezing onderdeel is van Gods stappenplan

De bespreking

Geef jongeren een taak rond de avond en dat kan verder gaan dan voorbereiden van gebed. De handleiding en opdrachten staan online. Alleen of in tweetallen kan prima een stuk avond voorbereid worden. Laat hen zelf kiezen wat een leuke bespreekopdracht lijkt.
Leg in ieder geval uit dat jullie de heilsorde langsgaan. Inventariseer wat ze zelf moeilijke kerktaalwoorden vinden en kijk of die aan bod komen. Anders elke les een paar bespreken.
Uitverkiezing is een lastig begrip. De opdracht ‘handig voorbeeld’ helpt echt om het uit te leggen. Uitleg vind je hier ‘Les 13.1 De uitverkiezing en de poort.’

Belijdenis

Lees over de uitverkiezing in artikel 16 van de Nederlandse geloofsbelijdenis en zondag 7 van de catechismus of Dordtse Leerregels hfst I, art 1-18

Bijbel

Om te gebruiken bij de les: Mal. 1:2-5; Hand. 13 : 48; Rom. 9:11-13; Ef. 1 : 3-14; 2 Petr. 1 : 10-11