Ga naar de inhoud

Les 20.2 Het zevende gebod II, seksualiteit en verkering

Algemeen

Wie zich geeft aan een ander,
geeft een geschenk.

Wie de liefde van een ander ontvangt,
ontvangt een geschenk.

Met geschenken ga je dankbaar en zorgvuldig om.
Liefde geeft en ontvangt, maar neemt niet.

Hooglied 2:1-17 BGT

Je leest samen een gedicht over de liefde. Het is geschreven in een heel andere tijd. Dat merk je aan de beelden die gebruikt worden en aan de manier van zeggen. Laat de beelden op je in werken.

  • Wat vind je een mooi vers? Waarom?
  • Wat is de bedoeling van dit gedicht denk je? Wat wil het je duidelijk maken?
  • Waar lees je een waarschuwing? Wat zou dat betekenen?
  • Wat zou er bedoeld zijn met de kleine vossen?
  • Vergelijk dit gedicht over liefde eens met liefdesliedjes die je kent. Laten die hetzelfde zien?
  • Is de liefde nog net zo mooi als in het Hooglied beschreven wordt? Waarom wel/niet?
  • Wat heeft het Hooglied te maken met de Schepper?

Dag 1: Hooglied 4: 1 – 5: 1 BGT

De aantrekkingskracht van de liefde wordt hier schitterend bezongen. Je mag met volle teugen van elkaar genieten binnen de ‘hof van het huwelijk’.

Dag 2: Spreuken 5: 1-12 BGT

Verkeerde ‘liefde’, verkeerde seks, kan je helemaal opslokken en je uiteindelijk kapot maken. Het boek Spreuken waarschuwt er nogal eens tegen.

Dag 3: 1 Korintiërs 6: 12-20 BGT

Jouw lijf is een deel van het lichaam van Christus. En er is duur voor betaald! Alle reden dus om er heilig mee om te gaan!

Dag 4: Efeziërs 5: 1-20 BGT

Leven in het licht van God, ernaar zoeken wat zijn wil is, en zo ontdekken hoe God wil dat jij met seks en verkering omgaat.

Dag 5: Psalm 51: 9-14 BGT

Zonde maakt vuil, en dat geldt zeker voor porno. Maak me schoon en create in me a clean heart. Een prachtig gebed dat je vol vertrouwen mag bidden.

Praktijk

Stel je voor dat de kerkenraad  de jongeren in de gemeente wil helpen om een goede relatie op te bouwen, als ze verkering krijgen. Hoe kunnen ze dat doen en welke tips kunnen ze geven? Bedenk er minstens acht.
Variant: bedenk de tips in kleine groepjes en bespreek ze. Misschien is het een idee om jullie ‘handreiking’ ook aan anderen te laten lezen?

In het gezin

Praat je met je ouders over relaties en seksualiteit? Als dat lastig is, vraag dan eens of ze deze les willen lezen en erop willen reageren. Hoe werd vroeger met hen over dit onderwerp gepraat? Je kunt dit ook met je grootouders doen.

Praktijk

Download het werkblad ‘bouwen aan een relatie’ en doe de opdracht. Op het werkblad staat ook de opdracht ‘een geschenk geven en krijgen’.

In stilte

Bedenk voor jezelf welke relaties je hebt. Of je er blij mee bent of niet. Wat je verlangt.
Bedenk daarna hoe je relatie met God is. Houd je van Hem nog meer dan van…? Is je relatie met Hem belangrijker dan je verlangen naar een partner? Of niet?
Lees Psalm 63 en zie hoe groot het verlangen van David naar God was. Wat ontdek je voor jezelf?

Met de bijbel

Kies een of enkele bijbelse personen hieronder en beantwoord de vraag met behulp van het bijbelgedeelte. Je kunt ook de teksten verdelen en in groepjes bespreken.

Lamech              Gen. 4: 23, 24                 Op welke manier maakt Lamech indruk?

Isaak                  Gen. 24: 67                    Waarom was Rebekka belangrijk voor Isaak?

Ruth                   Ruth 3: 10, 11                Wat vindt Boaz waardevol in de opstelling van Ruth?

Abisag                1 Sam. 25: 23-31            Hoe maakt Abisag indruk op David?

Ahasveros           Ester 1: 11 en 2: 4          Wat vindt Ahasveros het belangrijkst?

Wat vind jij belangrijk in een relatie? Vergelijk dat met de antwoorden op bovenstaande vragen.

Onderzoek

Lees 2 Korintiërs 6: 14-18 (BGT) en gebruik die tekst om antwoord te geven op deze vraag:
Waarom is een huwelijk tussen een ongelovige en een gelovige niet goed mogelijk?

In de groep

Seksualiteit is een lastig onderwerp en sommige jongeren hebben vervelende dingen meegemaakt of zitten met problemen. Wil je daarover praten? Wees dan goede vrienden voor elkaar en klets vertrouwelijke informatie niet door. Ook als je niet alles wilt zeggen kun je elkaar helpen, bijvoorbeeld door elkaar tips te geven voor goede sites, instanties die kunnen helpen of mensen met wie je in vertrouwen kunt praten. Waar halen jullie je informatie vandaan?
Tip: Je kunt ook opschrijven wat je bezig houdt en daarna kiezen aan wie je het laat lezen.

Stellingen

Kies welke stellingen je wilt bespreken:

  • Je kunt er niets aan doen dat je verliefd wordt op een ander, dat is gewoon je gevoel.
  • Verliefd worden is een keuze, je kunt er ook voor kiezen iemand uit de weg te gaan.
  • Als je niet samen kunt bidden, kun je ook niet samen vrijen.
  • Ik neem gewoon verkering. Wie zegt dat mijn vriend(in) niet gaat geloven?
  • Een verkering met een ongelovige kan nooit.
  • Een verkering met een ongelovige moet je een kans geven. Later moet je kiezen.
  • Ouders hebben niets te maken met de keuze van hun kind.
  • Over je gevoelens praat je niet.

Bij de Verdieping

Stel, er is in je vriendengroep een jongere die verteld heeft dat hij of zij homofiel is. Hoe zou je voor hem of haar een goede vriend kunnen zijn? En wat zou hij of zij voor jou kunnen betekenen?
Wat heeft de bijbel jullie allemaal te zeggen?

Les 20.2 is veelzijdig: kies wat geschikt is voor de groep. Benoem dat er buiten het lesuur niet doorgekletst wordt, over wat je hoort. Let op signalen van jongeren en spreek zo nodig een jongere apart na de les. Niet voor iedereen is het man- of vrouwzijn makkelijk, gender- en identiteitsproblemen kunnen spelen. Geef ruimte voor eigen gevoelens, welke het ook zijn. 

Lesdoel

– spreken over seksualiteit
– met Hooglied kunnen vertellen dat seksualiteit een mooi geschenk van God is
– kunnen aangeven waarom God wil dat je je rein houdt en hoe je dat in praktijk brengt
– de verhouding tussen je relatie met God en die met een vriend/vriendin kunnen aangeven
– weten waarom gemengde verkering extra moeilijk is en voor welke keuzes het stelt
– naar keuze specifiek over verkering, homofilie of seksualiteit en media/je omgeving

De bespreking

– Leg boeken ter inzage of attendeer op sites. Soms hebben jongeren wel informatiebehoefte, maar durven ze niet te vragen.
– Als de sfeer niet veilig of lacherig is, stoppen en eerst de sfeer bespreken.
– Het woord seksualiteit betekent letterlijk geslachtelijkheid, het man of vrouw zijn. Bespreek dat dat meer is dan alleen biologische verschillen. Hoe ervaren jongeren dat? Wat waardeer je in mannen of vrouwen?
– Beland niet in een sfeer van ‘wat mag wel en wat mag niet’. Benadruk dat keuzes rond seksualiteit te maken hebben met je relatie met God en je gehoorzaamheid aan Hem.

Belijdenis

Gebruik bij deze les Catechismus zondag 41.